Bang
Je zal er maar last van hebben! Van alektorofobie, een diepgewortelde angst voor kippen. Of bijvoorbeeld van de vaker voorkomende musofobie, de intense angst voor muizen. Of, nog vaker voorkomend waarschijnlijk, lijden aan een arachnofobie, de welhaast panische angst voor spinnen.
Of, want ook dat kan natuurlijk: cynofobie. Angst voor honden, en niet zo maar een beetje angst, maar een fobie zelfs.
Voor wie er zelf geen last van heeft, is zoiets moeilijk voorstelbaar. Bang voor kippen, muizen, spinnen of honden? Kom nou toch, stel je niet aan! Het zijn maar beestjes, niet eens zo groot en meestal niet kwaadwillend of kwaadaardig. Onschuldig eigenlijk. Geen enkele reden om bang te zijn.
Maar ja, zo werkt het niet bij een fobie. De intense en onverklaarbare angst die een fobie kenmerkt, is niet zo maar weg te denken of praten. Je kunt tien keer zeggen dat de kip geen kwaad doet, dat de muis veel banger is voor de mens dan andersom, dat spinnen erg nuttige diertjes zijn, dat de hond de beste vriend van de mens is – het doet er niet toe, als je aan een fobie lijdt. Die angst is niet echt rationeel, nauwelijks te beheersen en controleren. En slechts met veel moeite en oefening in enigszins geregelde banen te leiden.
Hoe vaak cynofobie precies voorkomt, is onbekend. Maar schattingen zijn dat deze specifieke angst best vaak voorkomt. Een Spaanse studie kwam uit op één op de tien mensen die doodsbang is in de aanwezigheid van honden, of zelfs bij het idee een hond in de buurt te hebben. Dat zijn al met al veel mensen.
Dus hondenvrienden, denk daar eens aan, bijvoorbeeld bij het uitlaten van uw hond. De kans bestaat dat van de mensen die u onderweg tegenkomt er een paar zijn die bang zijn voor uw hond. Heel bang. Neem niet simpelweg aan dat uw liefde voor de hond door iedereen gedeeld wordt, en weet dat sommigen er diepe angst voor hebben. Hou de hond uit hun buurt, geef ze de ruimte - wat na een jaar corona allicht niet zo heel erg moeilijk meer hoeft te zijn…
Zie ook facebook Platform Hondenweer – HVL
