Duurzaamheidsdoelen nog lang niet bereikt
n Rekenkamercommissie: 'Leiderdorp nog niet op koers'
rapport n “De gemeente Leiderdorp ligt nog niet op koers met het bereiken van de duurzaamheidsdoelstellingen die zijn gesteld in de Duurzaamheidsagenda 2017-2025”, zo schrijft de Rekenkamercommissie Leiden-Leiderdorp, die afgelopen week de 'Evaluatie duurzaamheidsbeleid gemeente Leiderdorp' naar de gemeenteraad en het College van B&W heeft gestuurd.
Door: Esdor van Elten
In de duurzaamheidsagenda zijn diverse doelstellingen opgenomen. Zo is het de bedoeling dat Leiderdorp in 2050 volledig CO2-neutraal is en dat in 2025 de CO2-uitstoot al met 30 procent gereduceerd is ten opzichte van 2013. Andere doelstellingen hebben betrekking op de thema’s Mobiliteit, Afval en circulaire economie en Klimaatadaptatie en biodiversiteit.
Conclusies
In het rapport trekt de Rekenkamer een aantal conclusies. Hoewel recente cijfers over de CO2 uitstoot nog niet bekend zijn, ziet het ernaar uit dat voor het bereiken van de reductiedoelstellingen in 2025 en 2050 een verdere ombuiging nodig is. Daarbij moet worden aangetekend dat de gemeente maar voor een deel invloed heeft op de CO2 uitstoot binnen Leiderdorp. Zo wordt de uitstoot voor een niet onbelangrijk deel veroorzaakt door het verkeer op de snelweg A4. De doelstelling zou realistischer zijn als die betrekking zou hebben op wat de gemeente zelf kan beïnvloeden, zoals de uitstoot van CO2 in de gebouwde omgeving, vindt de Rekenkamer.
De doelstellingen met betrekking tot de vermindering van de hoeveelheid restafval en de verhoging van het scheidingspercentage zullen hoogstwaarschijnlijk ook niet worden gehaald. “De hoeveelheid restafval bedraagt nu nog zo’n 200 kilogram. Dit staat ver af van de beoogde 30 kilogram in 2025. Het afvalscheidingspercentage stond in 2018 op 52 procent, terwijl het streven voor 2020 75 procent is.” Succes is er wel rond het thema het thema mobiliteit: de hoeveelheid luchtverontreinigende emissies is afgenomen en inwoners maken meer gebruik van de fiets.
Over de doelstellingen bij klimaatadaptatie en biodiversiteit geeft het rapport weinig uitsluitsel: De doelstellingen bij klimaatadaptatie en biodiversiteit zijn niet 'smart' geformuleerd, zodat het doelbereik niet te meten is, zo geeft de Rekenkamercommissie aan.
Beperkte invloed
De gemeenten zijn verantwoordelijk voor het behalen van de ambitieuze doelen, maar hun directe invloed op het bereiken ervan is beperkt. De gemeenten zijn voor een deel afhankelijk van de mate waarin het hun lukt om anderen in de regio in beweging te krijgen. Het beleid was er de afgelopen jaren op gericht om inwoners, bedrijven en organisaties bewust te maken van de duurzaamheidsdoelen en hen te verleiden om hier actief aan bij te dragen. Daarbij is de gemeente vooral faciliterend te werk gegaan waarbij vooral sociale instrumenten als voorlichting en bewustmaking zijn gebruikt. De Rekenkamercommissie adviseert om ook gebruik te maken van fiscale maatregelen om het gedrag van inwoners te beïnvloeden, zoals het rioolrecht te koppelen aan de mate van de verstening van tuinen en parkeertarieven in te voeren op basis van de CO2-uitstoot van auto’s. De Rekenkamercommissie adviseert ook om meer nadruk te leggen op de handhaving van de wettelijke regels voor bedrijven. In andere gemeenten is gebleken dat dit effectieve middelen kunnen zijn.
Aanbevelingen
De Rekenkamer heeft een aantal directe aanbevelingen aan het college, zoals: “Maak concrete uitvoeringsplannen voor die zaken waar je als gemeente direct invloed hebt, zoals de verduurzaming van de eigen panden en duurzame inkoop. En vraag niet alleen aan samenwerkingspartners om mee te helpen aan het behalen van de duurzaamheidsdoelen, maar maak ook heldere afspraken over de wijze waarop gecommuniceerd wordt over de voortgang van het realiseren van deze doelen.” Kortom: neem meer de regie in eigen hand.
De gemeenteraad wordt aangespoord om beter zicht te houden op de voortgang en prioriteit te geven aan die zaken waar je als gemeente direct invloed op hebt. Ook zou de gemeenteraad moeten onderzoeken hoe een breder scala aan instrumenten ter controle in te zetten.
Drinkwaterprijs Oasen nagenoeg gelijk in 2021
Tarieven n De tarieven voor drinkwater in 2021 bij Oasen zijn bekend. In 2021 kost 1000 liter drinkwater 1,17 euro. Dat is hetzelfde bedrag als in 2020. Het jaarlijkse vastrechttarief stijgt met 1,36 euro, van 80,39 euro in 2020 naar 81,75 euro in 2021. De gemeentelijke aandeelhouders van het waterleidingbedrijf keurden het nieuwe tarief op dinsdag 24 november goed.
Oasen levert het water voor 778.000 mensen in een deel van Zuid-Holland en Utrecht. Jaarlijks produceert het bedrijf gemiddeld 47 miljard liter drinkwater op haar zeven zuiveringslocaties. Ook het water dat in Leiderdorp uit de kraan komt, wordt geleverd door Oasen.
Optimaliseren
Het water van Oasen behoort tot de top van de wereld en kan overal en altijd direct uit de kraan gedronken worden. Om in de toekomst te blijven voldoen aan de strenge drinkwaterkwaliteitseisen, investeert Oasen veel in het verder optimaliseren van haar productieprocessen en infrastructuur. Zo legde het drinkwaterbedrijf in 2020 meer dan 45 kilometer waterleiding aan. Ook bouwt het Oasen komende jaren twee toekomstbestendige nieuwe zuiveringsstations in Kamerik en Nieuw-Lekkerland die gaan voldoen aan de nieuwste technologieën. Het bedrijf zorgt er zo voor dat het voorbereid is op onder andere toekomstige klimaatveranderingen en verzilting van haar westelijk gelegen waterwinningen.