Wel goed bij onze hoofden?

We zijn fijn bezig met zijn allen. Om het eeuwige sluipverkeer tegen te gaan, heeft de Gemeente het minstens 30 jaar oude plan van de 'knip' uit de lade gehaald. De een vindt dat niets omdat korte ritjes binnen ons dorpje dan niet meer kunnen. Een ander is bang dat het sluipverkeer door de knip verschuift naar zijn eigen straatje. En er is vast ook wel iemand die een knip verfoeit omdat hij dan voor de trein vijf minuten eerder op moet staan.

Wat de mopperaars gemeen hebben, is dat één enkel knipje niet helpt. Alleen zeggen ze dat niet. Ze roepen vooral over wat ze voor zichzelf vervelend vinden. We zouden met zijn allen bijna vergeten dat we eigenlijk met zijn allen het sluipverkeer kwijt willen.

Die sluipers hoeven zich waarschijnlijk voorlopig geen zorgen te maken.


Paul Reukers, Leiderdorp


Knip verplaatst probleem

Ik wil graag reageren op de brief van E. Iwema van vorige week in deze rubriek. Ook wij hebben vraagtekens bij het verkeerscirculatie plan van de gemeente. En ook voor ons is de 'knip' op de Van Poelgeestlaan een zorg. Wij zien namelijk nog een ander probleem: verkeer dat van de Vronkenlaan komt en richting Stierenbrug of oude dorp moet, en dan rechtdoor rijdt via de Heemraadlaan, Dijkgravenlaan en Splinterlaan.

Dit zal betekenen dat de hoeveelheid verkeer hier ook enorm zal toenemen. Dit is al aan de orde sinds de versmallingen op de Van Poelgeestlaan. Dit is een traject met veel bochten, de bocht in de Heemraadlaan zorgt nu al voor onveilige situaties. Onoverzichtelijk en dus onveilig zeker voor kinderen. En veel kinderen uit de buurt, ook Splinterlaan en omgeving, lopen hier langs naar hun scholen. Veel meer verkeer is ook daarom niet wenselijk. Verder zit er regelmatig vrachtverkeer vast in deze bocht, dat heeft al meermaals tot schade geleid. En ook bij ons staat de boel te trillen als er een vrachtwagen door de straat gaat.

De gemeente wil dus het probleem 'teveel verkeer door de Van Poelgeestlaan en Laan van Ouderzorg' oplossen, maar is mijns inziens nu alleen bezig om een probleem te verplaatsen. Als bewoner van de Heemraadlaan ben ik hier niet blij mee, en veel buurtgenoten ook niet.


C. de Raaf, Leiderdorp



Racisme … in Leiderdorp?

In 1971 is hij in dit dorp, in Leiderdorp komen wonen. En hij woont er nog steeds en met veel plezier. Nu zit hij op de bank in zijn huis. De televisie staat aan. Daarop komt veel voorbij: protesterende mensenmassa’s, George Floyd, video’s van gewelddadig optredende politieagenten, een president die zijn eigen bevolking bedreigt met het inzetten van het leger. Ook komen deskundigen, of mensen die menen daarvoor door te moeten gaan, hun mening verkondigen over hoe het er met het racisme in Nederland voor staat. Hij verzinkt in gepeins. Ja, hoe staat het er hier voor in zijn land, in zijn eigen Leiderdorp met de houding van mensen tegenover anders gekleurden, anders denkenden?

Zijn herinneringen nemen hem mee op de weg die hij lang geleden komend uit Indonesië, in dit land gegaan is. Hij herinnert zich nog dat hij solliciteerde op de vacature van (toen nog) hoofd van een school. Hij weet nog dat hij een telefoontje kreeg van de inspecteur van het onderwijs. Op het kantoor van de inspecteur werd hij vriendelijk ontvangen en werd hem mede gedeeld, dat men had besloten hem in de functie te benoemen. Zijn trots … zijn blijheid. Maar … zei de inspecteur hij wilde hem nog wel een brief laten lezen geschreven en ondertekend door een zevental ouders van de betreffende school. Hij las de brief. De betreffende ouders verzochten daarin de inspectie om hem niet in die functie te benoemen. Een “bruine” mocht toch niet hoofd van de school van hun kinderen worden.

In gedachten verzonken denkt hij terug aan een ander voorval. Samen met twee van zijn leerkrachten liep hij in de schoolpauze op het schoolplein. Dan komt een man het plein op. Het is een vertegenwoordiger van een schoolboekenuitgeverij. De man wendt zich tot de leerkracht links van hem en vraagt of hij de directeur is. Wanneer die ontkennend zijn hoofd schudt, wendt de man zich tot de leerkracht rechts van hem met dezelfde vraag. Maar ook die ontkent. Dan vraagt de vertegenwoordiger of hij binnen op de directeur mag wachten.

Ach, zoveel herinneringen.

De keer dat hij samen met de directeuren van de andere scholen een vergadering op het gemeentehuis bezocht. Op een gegeven moment vraagt het hoofd van de afdeling onderwijs of de notulist al aanwezig is. Een ambtenaar wijst naar hem en zegt dat die al aanwezig is. En dan, nog niet eens zo lang geleden. Hij liep van de Winkelhof naar zijn huis in de Muzenlaan. Twee jonge mannen op de fiets kwamen hem voorbij. Toen draaiden ze zich naar hem om en riepen: hé … vieze , zwarte homo!

Dan komen de emoties. Maar juist op dat moment komt zijn vrouw binnen. Ze heeft onmiddellijk door wat hem zo emotioneel maakt. Ze gaat naast hem op de bank zitten en slaat haar armen om hem heen. En ze brengt hem terug, terug naar het nu. Maar hij weet dat hij antwoord heeft gekregen op zijn vragen, vragen over hoe het staat met het racisme in zijn land, in zijn dorp.


Emile Snell, Leiderdorp