Locoburgemeester Willem Joosten kwam natuurlijk niet met lege handen naar het verjaardagsfeest. | Foto: J.P. Kranenburg
Locoburgemeester Willem Joosten kwam natuurlijk niet met lege handen naar het verjaardagsfeest. | Foto: J.P. Kranenburg Foto: Johan Kranenburg

Honderdjarige vol levenslust

n 'Ik geniet nog elke dag'

mijlpaal n Natuurlijk was het niet altijd rozengeur en maneschijn. Maar als mevrouw Vink-van Loon terugkijkt op haar lange leven, is ze heel tevreden. En het leven is nog steeds goed, zegt ze twee dagen na haar honderdste verjaardag. "Ik geniet nog elke dag'.

Door: Corrie van der Laan

Op haar verjaardag was er een groot feest in de Pyramide van verpleeghuis Leythenrode, waar ze sinds een jaar woont. Maar liefst negentig familieleden kwamen om de bijzondere mijlpaal te vieren. Locoburgemeester Willem Joosten kwam de eeuwelinge feliciteren namens de gemeente Leiderdorp.

Mevrouw Willy Vink-van Loon werd geboren op 13 april 1919 in Leiden, de stad waar ze tot haar 50-ste heeft gewoond. Ze was de derde van elf kinderen. In Leiden ontmoette ze ook haar echtgenoot, Jan Vink. "Hij zat bij dezelfde club vrienden, ik weet eigenlijk niet meer wanneer de vonk echt oversloeg." Eenvoudig hadden ze het niet in het begin van hun verkering. Jan Vink werd opgeroepen toen de Duitsers binnen vielen en heeft een tijd in krijgsgevangenschap doorgebracht gezeten. Toen hij terugkeerde is het paar getrouwd. Kort daarna is hij ondergedoken. Maar veel wil mevrouw Vink daar niet over vertellen. "Nare dingen laten we altijd achter ons", zegt ze gedecideerd.

Dan heeft ze het liever over de mooie dingen. "Ik heb een heerlijk huwelijk gehad", kijkt de honderdjarige terug. Een huwelijk dat werd bekroond met vijf kinderen. Mijnheer Vink was adjunct-directeur van een fabriek in Voorschoten, mevrouw Vink zorgde voor het gezin. Het was een gezellig huishouden en dat wisten ook de vele neven en nichten. "We woonden in dezelfde straat als mijn ouders en als mijn broers en zussen daar op bezoek gingen, kwamen hun kinderen altijd naar ons."

Toen de vestiging van de fabriek in Voorschoten gesloten werd, verhuisde het gezin naar Breda, waar de hoofdvestiging bleef. Het was inmiddels 1969 en de kinderen waren al zo groot hun moeder meer vrije tijd had. Die gebruikte ze vooral om zich in te zetten voor de Nederlands Hervormde kerkgemeenschap in de stad. Ze leidde daar onder meer een handwerkclub. Daarnaast was bakken en koken een grote hobby.

Toen haar man met de VUT ging, hebben ze veel door Europa gereisd. Haar man was ook graag bezig op zijn volkstuin en hielp met het kerkelijk werk. "We hebben nooit stilgezeten", zegt mevrouw Vink.

Nadat hij op zijn 80-ste viel, ging de lichamelijke gezondheid van mijnheer Vink langzaam achteruit. Zijn echtgenote heeft hem altijd verzorgd. In 2007 verhuisden ze naar een serviceflat in Leiden, waar meer familie in de buurt woonde. In 2009 is haar echtgenoot gestorven. Mevrouw Vink bleef zelfstandig wonen tot ruim een jaar geleden.

'Niet zeuren. Zoals de dag komt, moet je het nemen'

Door een ongelukkige val brak ze haar been, en toen ze in het revalidatiecentrum net weer een beetje opkrabbelde, viel ze opnieuw en brak haar andere been. Het maakte de verhuizing naar een verpleeghuis noodzakelijk. Maar daar klaagt ze niet over, dat zit niet in haar systeem. "Het bevalt me hier best", zegt ze.

Ze neemt het leven zoals het is. En als het eens wat minder gaat, is haar motto: "Niks aan te doen, zo lopen de gootjes als het regent." Ze is gelukkig met haar kinderen, de elf kleinkinderen, negen achterkleinkinderen en drie (binnenkort vier) achter-achterkleinkinderen. "Heerlijk dat ik zoveel familie heb. En met iedereen is er een goede band, ook met de neven en nichten."

Op de vraag of ze een goede raad heeft om prettig oud te worden, zegt ze: "Niet zeuren. Zoals de dag komt, moet je het nemen."


Mevrouw Vink met een van haar achterkleinkinderen. | Foto: J.P. Kranenburg