Afbeelding
Foto: PR

Een verloren Brit in Leiderdorp

Vorige maand ontving het Leiderdorps Museum een vraag van een mevrouw uit Londen, die in haar stamboomonderzoek was gestuit op het overlijden van haar betovergrootvader in het Nederlandse Leiderdorp in 1841. Zou het museum haar iets meer kunnen vertellen over de reden voor het verblijf van haar Britse voorvader Zephineah Parks in Leiderdorp, waar hij woonde, wat voor werk hij deed en wat de reden voor zijn vroege dood was? Een bijzonder interessant onderzoek volgde.

Uit de registers van de Burgerlijke Stand van de gemeente Leiderdorp, die berusten in de archiefbewaarplaats van Erfgoed Leiden en omstreken, is te lezen dat op 26 februari 1841 de 31-jarige Robbert le Cock, machinist van beroep, samen met de 36-jarige koopman Cornelis de Graaf, beiden woonachtig in Leiderdorp, verklaart dat Zephineah Parks, van beroep 'smid ', die ochtend om 04.00 uur op 25-jarige leeftijd is overleden in de woning met huisnummer 125A. De ambtenaar vermeldt in de akte van overlijden dat Zephineah afkomstig is uit Staffordshire, is getrouwd met Sarah Elston en dat de namen van zijn ouders Jozef Parks en Sara Salter zijn.

Wie was deze jongeman met de bijzondere voornaam en waar werkte hij als smid? Wat was de connectie met deze Robbert le Cock? Werkten zij in een fabriek, in de scheepvaart of bij de net in ons land begonnen Spoorwegmaatschappijen? En zou er over deze Brit meer in de archieven van de gemeente te vinden zijn?

Dat bleek het geval want Zephineah Parks duikt ook op in de administratie van de dorpskerk aan de Hoofdstraat; in het zogenaamde "Register van inschrijving van de eigenaren van de graven en van de lijken, welke op de burgerlijke begraafplaats te Leiderdorp begraven worden, 1831 – 1887". Dit register bevat alle namen van grafeigenaren en van de begraven personen op het kerkhof van de huidige kerk aan de Hoofdstraat. Op 1 maart 1841 is in het register genoteerd: "Zephina Paeks, Vriesse Schipper Knegt - 1/11 - 2 - 6 - 24 - 25 jaar" (zie foto hieronder).

Al was de naam van Zephinea wat anders geschreven, duidelijk is dat hij enkele dagen na zijn overlijden op 1 maart om 10.30 uur is begraven in een graf van de tweede klasse in rij nummer 6 en grafnummer 24. Het kerkhof kende in die tijd drie klassen van graven waarbij de eerste klasse de duurste was en de derde het goedkoopst. Blijkbaar hadden de nabestaanden genoeg geld om Parks een tweedeklas graf te kunnen geven. Zou dat door dezelfde Robbert le Cock zijn betaald? Helaas is het kerkhof aan de Hoofdstraat heden ten dage niet meer zo ingericht als in 1841, zodat de exacte plaats van begraven niet meer te zien is.

De vermelding dat Parks een 'Vriesse Schippersknecht' zou zijn, is dan weer verwarrend, want de burgerlijke stand ambtenaar had toch duidelijk zijn Britse afkomst genoteerd en geschreven dat hij smid was. Was hij dan toch als knecht of smid op een schip werkzaam geweest?

Nadat deze eerste informatie met de brievenschrijfster uit Londen was gedeeld ontvingen wij van haar nog wat aanvullende gegevens, die zouden leiden tot de ontrafeling van het mysterie.

                 Wordt vervolgd in de krant van 19 december.

Tekst: Peter Diebels

(Bronvermelding: ELO in Leiden, Register van Begraven Dorps Kerk Leiderdorp, Burgerlijke stand Leiderdorp)