Een schaatsenrijder met rode mijten op het lichaam. | Foto: André Biemans.
Een schaatsenrijder met rode mijten op het lichaam. | Foto: André Biemans. Foto: PR

Schaatsenrijder op water

Schaatsen op water, kan dat? Nee, geen mens die dat kan. Ja, sommige dieren kunnen dat wel. Althans, de naam die wij die dieren hebben gegeven doet dat vermoeden.

Kennen jullie de schaatsenrijder? Niet? Ga dan eens naar kalme waters, bijvoorbeeld onze polder- en dorpssloten, daar waar de oppervlakte niet helemaal dichtgegroeid is met drijvende waterplanten. Ga dan lekker in het zonnetje zitten kijken naar het water. Heel vaak zie je dan kringetjes die ook weer snel uitdoven. Als het telkens vier kringetjes dichtbij elkaar zijn, kijk dan wat beter. Grote kans dat je dan tussen de kringetjes een klein bruin 'stokje' ziet: de schaatsenrijder.

De kringetjes worden veroorzaakt door de uiteinden van de poten. De schaatsenrijder heeft heel veel heel kleine haartjes aan de uiteinden van zijn poten. Daardoor zijn die poten waterafstotend en kan hij, als enige diersoort in Nederland, op het oppervlaktevlies van het water lopen/schaatsen/roeien. Hij drijft dus niet, maar staat echt op zijn poten. Als de zon schijnt, kan je vaak op de bodem van de sloot de elliptische schaduw van de indruk zien die zijn pootjes op het oppervlaktevlies maken .

Enkele tientallen jaren geleden zorgde de vervuiling die wij mensen veroorzaakten er nogal eens voor dat zeepachtige stoffen in sloten terechtkwamen. Die zorgden er voor dat het oppervlaktevlies zeker tien keer zo zwak werd. Dan zakken ook de schaatsenrijders er door en verdrinken.

De schaatsenrijder is een insect. Insecten hebben toch zes poten? Dat klopt en de schaatsenrijder ook. Het voorste paar poten is echter klein en steekt vooruit. Ze raken niet altijd het water. Die voorste poten zijn een soort tangetjes waarmee de schaatsenrijder zijn prooi grijpt en dan met zijn steeksnuit leegzuigt. Ze eten vooral kleine diertjes die op het water gevallen zijn en niet meer weg kunnen komen. Daarom zie je ze ook op sloten die in diepe schaduw liggen en waar verder geen dier in de sloot zelf voorkomt. Ook in het water levende diertjes die ze te pakken kunnen krijgen, versmaden ze niet.

Schaatsen, roeien of lopen?

Als je lekker in de zon aan de slootkant blijft zitten, kan je de bewegingen van de schaatsenrijder goed bekijken. Schaatsen ze echt, of is het toch meer roeien of zelfs gewoon lopen? Als je goed kijkt, zie je dat het achterste potenpaar als een soort roer dient en het middelste voor de voortstuwing. Ik zou het meer roeien noemen. Ze zetten zich af tegen kleine golfjes die ze zelf maken. Dus je kan het eigenlijk niet bestempelen als schaatsen.

Ik zal geen naamsverandering voorstellen. Ik vind het leuk om op de sloten schaatsenrijders op water te zien, die – als het water ijs is geworden – verdwenen zijn.

Die schaatsenrijders kunnen 'lopen' op het water, wij niet (op ooit één persoon na). Maar zij kunnen niet lopen op het land, ze komen niet verder dan wat onbeholpen sprongetjes, en wij wel!

         Tekst: Ton Gordijn