Afbeelding
Foto: Maddy van Holland

Munnikkenpolder biedt meer dan we denken

Afgelopen zaterdag is bij stralend weer de Munnikkenpolder officieel geopend.

Wandelen konden we er al enige tijd en dat heb ik meermalen gedaan. Sommige mensen vinden het daar maar een kale boel met een onkruid. Maar ik ben onder de druk. Er is zoveel ruimte, lucht, water, vogels en planten in ontwikkeling. Ze beginnen al uitbundig te bloeien. En ja inderdaad, er is ook veel steen. Maar op die stenen hebben wel kleine plevieren en kluten gebroed. Eén broedende kluut is er nog te zien: midden in het water op een piepklein eilandje. Als ik dit allemaal zie, hoor ik het geraas van de A4 niet meer. Ik ben toch zo benieuwd wat zich hier allemaal ontwikkelt. Zo zie je maar, ieder zijn eigen smaak.

Voor de avontuurlijken onder ons hebben we een plan. We willen maandelijks met een groep de groeiende natuur in kaart te brengen. We kijken wat er groeit, bloeit en vliegt. We noteren alles. Na een paar jaar hebben een overzichtelijk logboek: de geschiedenis van de natuur in de Munnikkenpolder. Spreekt het u aan? U bent van harte uitgenodigd met ons mee te lopen. Kennis van de biologie is niet nodig, want het motto is: samen kijken, samen leren. Het enige dat u nodig hebt is tijd, een dosis enthousiasme voor de natuur, een verrekijker, een vogelboek of een plantenboek. Hebt u die niet, dan hebben wij wel iets. Pen en papier zijn handig. We gaan een jaar lang elke maand in de derde week op wisselende dagen en tijdstippen op pad. Om u nieuwsgierig te maken: Ik heb onlangs een broedende kluut en een meerkoet gezien. En ook zes grutto's, zes tureluurs, zes scholeksters, tien krakeenden, diverse wilde eenden, twee paar bergeenden, op z'n minst twee futen, zwanen met jongen, Canadese ganzen met jongen, Nijlganzen met jongen, grauwe ganzen met jongen, brandganzen, een witte kwikstaart, een gele kwikstaart, een bruine kiekendief, gierzwaluwen, kleine plevieren. En dan heb ik nog niet eens goed gekeken, omdat ik intussen gezellig liep te praten met een vogelaar. Hij wandelde met zijn hondje - aan de lijn! Ik dacht dat zijn hond doodongelukkig was. Want mij is wel verteld dat een hond op z'n minst twee uur per dag moet kunnen rennen, los, om gelukkig te zijn. Dat ging er bij mijn wandelpartner niet in. En natuurlijk, de hond moest poepen. De poep werd keurig opgepakt met het zakje en aan het eind van de wandeling in de 'depodog' gegooid. Het is voor de natuurontwikkeling belangrijk de hondenpoep niet achter te laten – de urine hebben wel al. Uitwerpselen van dieren werken als 'Pokon' voor de grond en vervuilen ook het water: dat willen we niet. Hoe schraler de grond hoe meer kansen op kruiden, dus bloemen. Wandel met ons mee, dan kunnen we het ook daarover hebben. De dag en het tijdstip van onze wandelingen worden in het Leiderdorps Weekblad aangekondigd.

Tekst en foto: Maddy van Holland - IVN natuurgids

www.ivn.nl/afdeling/leiden