Valse start voor nieuw parkje

In oktober vorig jaar was de hoop dat wandelaars in de loop van deze lente al zouden kunnen genieten van een breed palet aan bij- en vlindervriendelijke bloemen in het gloednieuwe park op het voormalige Vlikoterrein aan de Achthovenerweg in Leiderdorp. Maar de gedroomde vlinderidylle is nog heel ver weg.

Door: Corrie van der Laan

Op de 2,3 hectare grond naast industrieterrein De Lage Zijde is nog bijna geen sprietje groen te zien. De paden door de modderige vlakte lijken verhard te zijn met grof gemalen puin waarop het lastig en onprettig lopen is. En vooral waar het park grenst aan de Bedrijvenweg, zit de grond vol rommel.

“Ik schrok echt toen ik ging kijken”, zegt Jolanda Ginjaar. Als lid van het Groenoverleg Leiderdorp was ze nauw betrokken bij de planvorming voor het nieuwe parkje. “De grond lag bezaaid met plastic en de verharding voor de paden is ook vervuild met kleine stukken plastic, grote stenen en stukken koperdraad en ijzer.” Vrachtverkeer op de Bedrijvenweg neemt regelmatig een stukje park mee, is te zien aan brede bandensporen die hier en daar dwars door jonge aanplant gaan. “Er zijn al drie boompjes gesneuveld. We waren daar al bang voor, daarom hebben we ook gepleit voor een hek langs het park.”

Sanering

Het is niet voor het eerst dat het parkje, door het college van B en W onlangs gedoopt tot Park Agt-hoven, met tegenslag te kampen heeft. Toen vuilverwerkingsbedrijf Vliko in het najaar van 2016 naar de Grote Polder in Zoeterwoude verhuisde, lag het plan al klaar om het vrijkomende terrein terug te geven aan de natuur, passend bij de aangrenzende eeuwenoude Achthovenerpolder. Er kwam een kink in de kabel toen in 2018 bleek dat er asbest in de grond zat. Een heel oude vervuiling uit de tijd voordat Vliko hier gevestigd was. Na een uitgebreide sanering, waarvoor het regionale samenwerkingsverband De Oude Rijnzone de kosten droeg, kon in de zomer van 2020 de aanleg van het park dan eindelijk starten. In oktober was het zo goed als klaar en strooiden wethouders Rik van Woudenberg en Daan Binnendijk symbolisch de eerste handen bloemenzaad uit over aarde die er toen schoon uitzag. 

In de afgelopen maanden zijn paden aangelegd, bankjes en een picknicktafel neergezet en fruitbomen aangeplant. Op drie plekken staan knotwilgvormige zuilen waarop informatie over de historie van het gebied moet komen te staan. Een deel van het park is afgesloten met, voor bezoekers passeerbare, hekken zodat hier straks schapen kunnen lopen.

In potentie kan het nog steeds een heel leuk park worden, vindt Ginjaar. Maar dan moet wel eerst iets gedaan worden aan de vervuilde grond. “De boer ziet het op deze manier ook niet zitten om hier zijn schapen te laten lopen. Het is belangrijk dat nu goed uitgezocht wordt waar al die rommel vandaan komt en dat het opgeruimd wordt.”