Op weg naar de anderhalve-meter-horeca

Op tweede Pinksterdag, maandag 1 juni, mag de horeca weer open, zij het met een aantal beperkende coronamaatregelen. Zo moeten alle gasten, binnen en op de terrassen buiten, een zitplaats hebben en moeten ze - tenzij ze tot hetzelfde huishouden behoren – anderhalve meter afstand van elkaar houden. Binnen geldt een limiet van dertig gasten. Hoe bereiden de Leiderdorpse restaurants zich voor op de anderhalve-meter-horeca? Wij vroegen het maandagochtend 25 mei aan Bob Meijer van Brasserie Park, Nico de Bruijn van Grand Café Hofplein en Saskia van der Lugt en Bas Dickhoff van De Hollandsche Tuyn.

Door: Corrie van der Laan

Vleugje Frankrijk

“Wij zijn er klaar voor”, zegt Bob Meijer. Brasserie Park aan de rand van park De Houtkamp heeft de luxe van een groot terras en dat is de afgelopen maanden totaal opnieuw ingericht. “Dat waren we toch al van plan maar pas na komende zomer. We hebben van de nood een deugd gemaakt en het werk vooruit gehaald.” Blikvanger is een fraaie oude fontein, overgeplaatst uit een Frans dorpje. Aan de rand van het terras is een jeu-de-boulesbaan aangelegd. Zittend naast het klaterende water in de zon, waan je je op vakantie. “Als mensen niet naar Frankrijk kunnen, halen we Frankrijk hierheen”, lacht Meijer.

Natuurlijk staan de tafels op anderhalve meter afstand van elkaar en er zijn steeds twee tafels tegen elkaar geschoven zodat tafelgenoten ook ver genoeg van elkaar af zitten. Het middelste deel van het terras is voor ‘passanten’, langs de randen staan tafels voor wie reserveert.

Voor elke gereserveerde buitentafel, is er ook een tafel binnen beschikbaar, zodat de gasten naar binnen kunnen verkassen mocht het weer omslaan. Voor de bezoekers aan de passantentafels geldt dat niet, die hebben pech als het gaat regenen - tenzij er binnen genoeg plek is.

Wie reserveert, krijgt een tijdslot van twee uur en een kwartier. Daarna moet plaats gemaakt worden voor de volgende lichting gasten. Bestellingen worden op een plateau geplaatst dat vastgehaakt kan worden aan de tafels. 

De gasten pakken daar hun consumpties af, zodat het personeel op afstand kan blijven.

De kaart wordt wat eenvoudiger dan voor de start van de coronacrisis. Dat heeft ook te maken met de bezetting in de keuken, legt Meijer uit. “Zo hoeven daar minder mensen tegelijk bezig te zijn.”

Hij ziet uit naar 1 juni. “Het is een andere manier van horeca bedrijven en zal zeker wennen zijn, voor ons én voor de gasten. Maar ik ben blij dat we eindelijk weer open kunnen en ben onwijs benieuwd hoe het gaat.”

Klussen

Nico de Bruijn is met een vriend hard aan het werk op het terras van zijn Grand Café Hofplein, dat ligt bij de entree van winkelcentrum Winkelhof aan het Statendaalderplein. Er worden gloednieuwe lange banken gemaakt. Dat was toch al nodig en een mooie klus voor tijdens de gedwongen sluiting. Op het terras hoeft hij verder niet eens zoveel te doen om de coronaregels in acht te nemen. “De tafels hier stonden al vrij ver uit elkaar.” Wellicht dat hij het terras nog wat uitbreidt met enkele tafels op het plein, als daar toestemming voor komt van de gemeente. “Maar al met al kan ik buiten ongeveer evenveel mensen kwijt als altijd.”

Binnen is het een ander verhaal. Daar heeft hij ruimte voor niet meer dan 40 tot 50 procent van het normale aantal gasten. “Doordeweeks is dat niet zo erg, dan zitten we als regel toch nooit vol. Maar zeker op vrijdagavond en zaterdag ga ik het wel voelen.” Hij gaat werken met een tijdslot van twee uur per tafel om nog wat doorstroming te krijgen.

Anderhalve meter lat

Café-restaurant De Hollandsche Tuyn in de Hoofdstraat gaat pas woensdag 3 juni open. Een bewuste keuze, zeggen eigenaren Saskia van der Lugt en Bas Dickhoff. “In het Pinksterweekend richten we ons nog op afhaalmaaltijden. Dat is de afgelopen weken een groot succes geweest. We kregen zelfs regelmatig foto’s opgestuurd van vaste gasten, die lieten zien hoe ze er thuis echt een feestje van maakten met een fraai gedekte tafel.” De dinsdag na Pinksteren staat gereserveerd als een voorbereidingsdag met de staf en woensdagmiddag om 3 uur zijn gasten voor het eerst weer welkom. Dan kunnen ze ook eindelijk hun gloednieuwe, vergrootte terras in gebruik nemen. “Dat werd 16 maart opgeleverd, en we moesten op 15 maart dicht. Best zuur”, kijkt Van der Lugt terug.

In het restaurantgedeelte staan de tafeltjes al keurig op ruime afstand van elkaar. Dickhoff haalt er nog even de anderhalve meter lange lat bij, die hier veel gebruikt is. Ook in het café-gedeelte zetten ze straks een aantal restauranttafels. Toch komen ze uit op minder dan de helft van de normale capaciteit. “We gaan van dertien naar negen tafels. Dat lijkt mee te vallen, maar ook het aantal gasten per tafel wordt veel lager”, legt Van der Lugt uit.

Ze hopen dat op te vangen door gasten te ontvangen in drie shifts. “We hebben een heel plan bedacht. De borrelshift is van 3 tot half 6, tussen half 6 en 6 start de eerste maaltijdshift waarbij we het restaurant vullen van achteren naar voren. We vragen de mensen tussen half 8 en 8 uur weer te vertrekken zodat dan de late shift kan starten.”

Begrip nodig

Waar alle restauranteigenaren tegenop zien, is dat ze straks een aantal regels streng moeten gaan handhaven. Zo moet aan alle gasten gevraagd worden of ze klachten hebben die mogelijkerwijs iets met corona te maken kunnen hebben. Niet alleen op het moment dat een reservering gemaakt wordt, maar ook aan de deur (of bij de entree van het terras). Zitten meer dan twee mensen dichter dan anderhalve meter bij elkaar, dan moet gevraagd worden of ze tot één huishouden behoren. En even staand buiten een biertje drinken, mag absoluut niet.

“We zullen veel begrip van onze gasten nodig hebben” , zegt Dickhoff daarover. “We realiseren ons dat we veel van hen vragen, maar het kan nu even niet anders.”