Muizen verhuizen alleen als er geen eten is of als ze verjaagd worden. Op de foto een rosse woelmuis. | Foto: Mike Melis, natuurklik.nl
Muizen verhuizen alleen als er geen eten is of als ze verjaagd worden. Op de foto een rosse woelmuis. | Foto: Mike Melis, natuurklik.nl Foto: Mike Melis, natuurklik.nl

Verhuizen dieren?

Algemeen

ZES ACTIEVE GIDSEN VAN NATUURORGANISATIE IVN VOLGEN HET PLANTEN- EN DIERENLEVEN IN LEIDERDORP. OM DE WEEK SCHRIJVEN ZIJ IN DEZE RUBRIEK OVER HUN BEVINDINGEN.

In mijn laatste bijdrage aan deze rubriek wil ik kijken naar het verhuisgedrag van dieren. Waarom? Omdat ik ga verhuizen naar een ander deel van Nederland.

Mensen gaan wonen waar werk is om geld te verdienen om daarmee eten te kopen. Het liefst blijven de meeste mensen hun hele leven in dezelfde plaats of regio wonen. Slechts een klein deel verkast binnen Nederland, gedwongen door werk of studie (eten). Weinig mensen emigreren.

Gedragen dieren zich anders? Hoe honkvast zijn de wilde dieren die in onze nabijheid leven? Verhuizen koolmezen, zwaluwen, muizen, mollen en eksters?

Natuurlijk verhuizen dieren, dacht ik onbewust, dieren zijn toch flexibel? En bovendien, de meeste vogels zijn trekvogels, die verhuizen zo wie zo.

Ook dieren wonen waar eten voor handen is. Muizen leven hun hele leven tot acht meter van hun hol. Eenmaal oud genoeg worden de jongen de deur uitgezet. Die zoeken een nieuwe woonplek, liefst dicht bij ma. Ze nemen leeggevallen plekken in van dode muizen of zoeken een holletje dicht bij de familie. Muizen verhuizen alleen als er geen eten is of als ze verjaagd worden.

Bij mollen hetzelfde verhaal. De meeste mollen en muizen die door poezen en vogels worden opgepeuzeld zijn jonkies die noodgedwongen op zoek waren naar een nieuwe woning.

Koolmezen en pimpelmezen zijn helemaal honkvast. Ze blijven hun hele leven bij de familie in hun gezamenlijke kleine territorium. Net zoals de mussen.

En de trekvogels dan, die verhuizen toch twee keer per jaar? Klopt, maar sinds we de routes met de satelliet kunnen volgen, weten we dat de meeste vogels steeds naar dezelfde plek terugkeren, zowel hier als in Afrika. Van de boeren- en huiszwaluw is bekend dat ze zelfs naar hetzelfde nest terugvliegen. Ook de grutto en de scholekster keert terug naar de plek van vorig jaar, zelfs als er weinig eten is in het industriële grasland.

Roofvogels verdedigen met verve hun grote territorium. Haviken en zeearenden broeden vele jaren in dezelfde horst. Dit nest wordt ieder jaar groter en kan een paar honderd kilo wegen.

Kortom de meeste dieren zijn honkvast en verhuizen pas als het eten op is of als hun woonplekken verdwijnen.

Zijn er ook uitzonderingen? Toch wel. De grote bonte specht verhuist jaarlijks. Die hakt ieder jaar een nieuw nest in een andere boom. Kuifmezen en parkieten zijn daar blij om, die trekken in de oude spechtenholen.

Sommige vogels dwingen soortgenoten om te verhuizen. De slimste en sterkste ekster woont op de beste plek. Maar als een jonge vogel zich sterk genoeg voelt, verjaagt hij zonder genade de oudjes. Die worden gedwongen om te verkassen naar een mindere buurt.

In de stukjes die ik de afgelopen paar jaar schreef, vergeleek ik mensen vaak met dieren. Gedragen we ons bijna net zoals de ons omringende wilde dieren? Observeer en oordeel zelf.

Tekst: Els Baars

Uit de krant