De katjes van de hazelaar zijn de mannelijke bloemen. Deze geven stuifmeel af. De vrouwelijke bloemen zijn de kleine rode bloemen. In het najaar vormt zich hier een hazelnoot
De katjes van de hazelaar zijn de mannelijke bloemen. Deze geven stuifmeel af. De vrouwelijke bloemen zijn de kleine rode bloemen. In het najaar vormt zich hier een hazelnoot

Natuur bereidt zich voor op de lente

Algemeen Leiderdorp Natuurlijk

Al is in februari de natuur nog grotendeels in rust, ook nu is het leuk om naar buiten te gaan. Wie er oog voor heeft, ziet dat de natuur zich al voorzichtig aan het voorbereiden is op het voorjaar.

Als ik buiten een rondje loop, hoor ik al diverse vogels fluiten. Ze verdwijnen onder de dakpannen om alvast de nestplaats te inspecteren en te bewaken voor het komende voorjaar. In de Munnikkenpolder is het nu voornamelijk de tijd van de eenden. Ik zie onder andere smienten, bergeenden en kuifeenden.

Windbestuivers

Plantengroei zie ik in de polder nog nauwelijks. Maar toch, op andere plekken zijn de eerste bloemetjes al te zien. Hoe is dat mogelijk, kan je je afvragen, er zijn toch nog geen insecten om ze te bestuiven? Het antwoordt is simpel: er zijn ook bloemen die door de wind worden bestoven. En juist die zogeheten windbestuivers bloeien in deze koude tijd.

De hazelaar bijvoorbeeld is er vroeg bij in het jaar. De katjes zijn de mannelijke bloemen. Deze geven stuifmeel af. De vrouwelijke bloemen zijn de kleine rode bloemen. In het najaar vormt zich hier een hazelnoot. De hazelaar bloeit soms al in december en is daarmee een supervroegbloeier.

Bolgewassen

Er zijn ook andere vroeg bloeiende planten. In de heemtuin zie ik een aantal winterakonieten en een enkel sneeuwklokje. Dit zijn bolgewassen. De meeste planten kunnen niet zo vroeg bloeien, maar bolgewassen wel. De bol is goed bestand tegen de kou en bevat de (opgeslagen zonne-)energie die nog niet voorhanden is in het voorjaar. Later in het seizoen, na de bloei, wordt de zon krachtiger. Dan heeft het bolgewas wel bladeren om de zonne-energie op te slaan in de bol voor komend voorjaar.

De winterakoniet bloeit in februari en maart. Sneeuwklokjes bloeien in februari, maart en soms in april. Sneeuwklokjes zijn stinsenplanten. Stins betekent stenen huis in het Fries. Deze planten groeiden op landgoederen bij herenhuizen in Friesland. Vandaar de naam stinsenplant. Sneeuwklokjes komen oorspronkelijk uit Zuid-Europa. De bolletjes werden meegenomen uit het buitenland en op het landgoed geplant en zo ontstond de stinsenflora. De winterakoniet is ook een stinsenplant. De plant komt oorspronkelijk uit Zuid-Frankrijk, Italië en de Balkan.
Er komen ook groene sprieten boven de grond van andere bolgewassen. Deze wachten nog op een warmere periode voordat ze gaan bloeien. Dan kunnen we weer genieten van krokussen en narcissen. De krokus kan vanaf februari al gaan bloeien. Voor de narcis moeten we nog even wachten tot maart. Echter, met de verandering van het klimaat weet je het maar nooit. Dan kan de natuur zomaar voor verassingen zorgen.

Tekst en Foto: Ruben de Faber

Uit de krant